Het geloof in Allah
| Leestijd: 3 minuten | 1

Wat zijn de eigenschappen van Allah?

Goddelijke eigenschappen worden verdeeld in twee groepen: wezenlijke en bevestigende eigenschappen.

Wezenlijke Eigenschappen (Zâtî Sıfatlar):

  1. Vücut – Bestaan
  2. Kıdem – Eeuwigheid zonder begin (geen oorsprong hebben)
  3. Beka – Eeuwigheid zonder einde (geen einde hebben)
  4. Vahdaniyet – Eén zijn (geen deelgenoten hebben)
  5. Kıyam binefsihî – Zijn bestaan is uit Zichzelf, niet afhankelijk van iets of iemand anders
  6. Muhalefetün-lil-havâdis – Zijn Wezen lijkt niet op dat van geschapen dingen, en Zijn eigenschappen lijken niet op die van de schepping

Bevestigende Eigenschappen (Sübutî Sıfatlar):

  1. Hayat – Leven
  2. İlim – Kennis
  3. İrade – Wil
  4. Kudret – Macht
  5. Sem' – Horen
  6. Basar – Zien
  7. Kelâm – Spraak
  8. Tekvîn – Scheppen, tot bestaan brengen

De eigenschap Tekvîn behoort tot de leer van de Maturidî-school. Onze andere geloofsleermeester, Imam Eş’arî, beschouwt deze niet als een zelfstandige eigenschap. In zijn leer zijn er dus zeven bevestigende eigenschappen.

In sommige islamitische bronnen wordt ook gesproken over goddelijke namen als eigenschappen. Bijvoorbeeld:

  • Kerîm (De Edelmoedige) is een naam van Allah.
  • Tegelijkertijd wijst het erop dat Allah edelmoedig is – en vervult zo ook de rol van eigenschap.
  • Als we zeggen “De Edelmoedige Allah”, gebruiken we de naam Kerîm dus in de functie van eigenschap.

In deze bronnen worden de eigenschappen van Allah ook wel in drie groepen onderverdeeld:

  1. Wezenlijke eigenschappen (verdeeld in bevestigende en ontkennende / selbî eigenschappen)
  2. Handelende eigenschappen (Fiilî sıfatlar)
  3. Morele/innerlijke eigenschappen (Manevî sıfatlar)

Alle mooie namen van Allah zijn verbonden aan een van deze eigenschappen:

  • De naam Alîm (de Alwetende) komt voort uit de eigenschap ‘ilm (kennis)
  • De naam Kadîr (de Almachtige) komt voort uit kudret (macht)
  • Mütekellim (de Spreker) komt voort uit kelâm (spraak)

Evenzo:

  • Evvel (de Eerste) is verbonden aan de wezenlijke eigenschap kıdem
  • Âhir (de Laatste) komt voort uit bekâ (eeuwigheid)

Veel van de goddelijke namen zijn gebaseerd op handelende eigenschappen:

  • Hâlik (de Schepper) – afgeleid van het scheppen
  • Muhyî (de Levengever) – afgeleid van het geven van leven
  • Musavvir (de Vormgever) – afgeleid van het vormgeven
  • Mümît (de Doodgever) – afgeleid van het geven van de dood

Sommige namen verwijzen naar morele eigenschappen:

  • Hakîm (de Wijze) – gebaseerd op Zijn eigenschap van wijsheid
  • Kebîr (de Grote) – op Zijn verhevenheid
  • Cemîl (de Schone) – op Zijn schoonheid


Vond je deze inhoud nuttig?