Dromen zijn in drie soorten te verdelen.^[1] Twee van deze zijn volgens de Koran ‘[een medley van] verwarrende dromen’^[2] en zijn het niet waard om geïnterpreteerd te worden. Ook indien zij een betekenis hebben, zijn zij niet van belang. Ofwel stelt de verbeeldingskracht van de mens vanwege zijn afzonderlijke karaktereigenschap iets samen en beschildert zij dat, ofwel roept deze verbeeldingskracht een of andere opgewonden, stimulerende gebeurtenis van dezelfde dag of van een dag daarvoor of zelfs van een dag die hem op dezelfde tijd één of twee jaar voordien heeft getroffen op en geeft zij deze weer in een andere vorm. Deze beide soorten zijn van ‘[een medley van] verwarrende dromen’ en zijn zij het niet waard om geïnterpreteerd te worden.

Wat echter de derde soort betreft, hier gaat het om waarachtige dromen. Zodra de zintuigen van de mens, die hem met deze wereld verbinden, met de slaap hun activiteiten beëindigen, vindt laṭīfe-i rabbāniye^[3] onmiddellijk een verbinding met alem-i ġayb^[4] . Met deze verbinding bekijkt hij de komende gebeurtenissen en treft de verschijningen van lewḥ-i Maḥfūẓ^[5] en van kàdèr^[6] aan en ziet daar enkele ware gebeurtenissen. En op deze gebeurtenissen oefent de verbeeldingskracht soms invloed uit en verschaft zij aan hen uiterlijk een bepaalde vorm.

Dit soort dromen bevatten vele verschillende varianten en niveaus. Sommige van deze geschieden precies zoals ze zijn waargenomen en voor anderen geldt dat hun betekenis achter een dunne sluier wordt verborgen. En bij weer andere dromen is de betekenis ervan diep verstopt. Volgens een overlevering van de profeet (saw) staat vast dat de dromen van de profeet (saw), welke hij bij de beginperiode van zijn profeetschap heeft aanschouwd, zo helder en zo reëel waren als het aanbreken van de dag.^[7]