Leidt zondigen tot een grotere neiging om opnieuw te zondigen?
Vraag:
Leidt zondigen tot een grotere neiging om opnieuw te zondigen?
Antwoord:
We hebben geen specifieke overlevering gevonden die stelt dat "zondigen de neiging om opnieuw te zondigen vergroot".
Het is echter een psychologisch feit dat gewoonten en het herhalen van bepaalde handelingen de neiging versterken om ze opnieuw te doen.
In de volgende hadithDe islamitische overlevering betreffende de handelingen en de uitspraken van profeet Muhammed (saw). van de Profeet (vrede zij met hem) wordt dit idee op een vergelijkbare manier uitgedrukt:
"Een gelovige (met taqwa) ziet zelfs een kleine zonde als een berg die boven zijn hoofd hangt en elk moment op hem kan neerstorten. Daarentegen beschouwt iemand die gewend is aan zondigen, een zonde als een vlieg die over zijn neus vliegt."
(Bukhari, “Du'a's”, 4)
Een andere hadithDe islamitische overlevering betreffende de handelingen en de uitspraken van profeet Muhammed (saw). luidt als volgt:
"Wanneer een gelovige zondigt, verschijnt er een zwarte vlek op zijn hart. Als hij spijt heeft en om vergeving vraagt, wordt die vlek verwijderd en wordt zijn hart gezuiverd. Maar als hij doorgaat met zondigen, bedekt de zwarte vlek zijn hele hart. Dit is wat Allah bedoelt in Zijn verklaring: ‘De zonden die zij begaan hebben, hebben hun harten verduisterd.’"
(Soera Al-Mutaffifin, 83:14).
(Musnad, II, 297; Tirmidhi, Tafsir, 83/1)
In een andere hadithDe islamitische overlevering betreffende de handelingen en de uitspraken van profeet Muhammed (saw). wordt een dergelijk hart vergeleken met een omgekeerde kruik die niets meer kan bevatten.
(Zie: Muslim, ImanHet geloven in de zes pilaren van het geloof (het bestaan en de eenheid van Allah, de hemelse geschriften, de profeten, de engelen, het hiernamaals en de lotsbeschikking)., 231)
In feite zijn kleine zonden een opstap naar grotere zonden. De profeet (vzmh) zei tegen zijn vrouw Aisha (moge Allah tevreden met haar zijn):
"Pas op voor het onderschatten van kleine fouten, want Allah zal ook rekenschap vragen over dit soort daden."
(Musnad, V, 331; Ibn Majah, Zuhd, 29)
Vond je deze inhoud nuttig?